Bomen snoeien

Het klinkt misschien erg logisch, maar voor er gesnoeid wordt, is het van belang om eerst het doel van de snoeimaatregel vast te stellen. Het is namelijk niet zo dat elke boom regelmatig eens een snoeibeurt nodig heeft omdat dat nou eenmaal goed voor hem is.In de natuurlijke situatie wordt een boom niet gesnoeid. Daar groeit hij op, en zolang hij voor nakomelingen gezorgd heeft voordat hij sterft, is er niets aan de hand. Veel bomen bevinden zich echter niet in de natuurlijke situatie, maar zijn door ons mensen aangeplant langs wegen, in parken of in tuinen. Hier willen we bomen het liefst zo lang mogelijk mooi, gezond en veilig houden. Snoeien is daarvoor een belangrijke maatregel.Er zijn verschillende soorten snoei, met ieder een eigen doel:

Begeleidingssnoei
Jonge bomen worden in meerdere snoeibeurten ‘begeleid’ tot ze de gewenste takvrije stamhoogte hebben bereikt. Het is van belang de grootte van de snoeiwonden te beperken en de groei van de boom zo min mogelijk te remmen. Daarom geldt: start wanneer de takken nog dun zijn en snoei liever vaker en wat minder zwaar, dan in één keer zwaar.

Onderhoudssnoei
Voor de veiligheid en het beperken van overlast worden laaghangende, beschadigde en dode takken verwijderd.

Wanneer snoeien?
Er bestaat nog altijd onduidelijkheid over het juiste tijdstip om bomen te snoeien. Wanneer je de boom als uitgangspunt neemt, kun je het best snoeien als deze vol in blad staat. De ontstane snoeiwonden zullen nu direct actief afgegrendeld worden en ook de wondovergroeiing komt direct op gang. De kans dat de boom via zijn snoeiwonden geïnfecteerd raakt, is in het groeiseizoen dus het laagst.Toch verdragen de meeste boomsoorten snoei buiten het groeiseizoen ook goed. Uitzonderingen hierop zijn: esdoorn, berk, haagbeuk, walnoot, vleugelnoot en moerbei. Om bloeden te voorkomen dienen deze boomsoorten altijd tijdens het groeiseizoen te worden gesnoeid.